Barolo Arborina
Giuliano Corino
Jong nog, dat wel, maar al zó verleidelijk!
Giovanni en zijn zoon Giuliano werden duidelijk beïnvloed door Altare, één van de voortrekkers van de erkenning voor de relatief jonge cru Arborina. De prachtige gelaagdheid, het gulle fruit en de rijpheid van de tannines maken dit een topwijn voor nu en het komende decennium.
Arborina is de naam van de wijngaard, en deze Barolo is een “single vineyard”, alle druiven komen van de cru Arborina, in tegenstelling tot de Barolo la Morra waarbij de druiven van verschillende percelen komen.
Druivensoort | Nebbiolo |
Herkomst: | La Morra, Piemonte, Italië |
Wijngaard
De wijngaarden van Giuliano Corino liggen in de gemeente la Morra, die in het algemeen een reputatie heeft als leverancier van elegante Baroli. Deze cru, Arborina, ligt op zo’n 300 meter boven de zeespiegel, en heeft een zuidoostelijke expositie. De bodem wordt Tortonien genoemd, naar de fase van het Mioceen waarin o.a. de Alpen werden gevormd. Aan deze bodem wordt door sommigen een elegantere stijl Barolo toegedicht, als in tegenstelling tot de Baroli van Serravalian bodem die meer krachtig zouden
zijn. Deze relatie wordt door de onvolprezen Masnaghetti naar het rijk der fabelen verwezen. Corino bezit maar een heel klein stukje wijngaard in het oostelijkste deel van deze cru en maakt jaarlijks zo’n tweeëneenhalfduizend flessen Arborina.
Vinificatie
Vijf tot zeven dagen gaat de wijn in de rotofermenter. Voor wie het niet kent: Een draaimechanisme dat de uitwisseling tussen schillen en sap versnelt. Daarbij wordt de afgifte van tannines verminderd door het overbodig maken van het overpompen van de wijn over de most, of het naar beneden duwen van de hoed. Hierna loopt het sap af om verder te bezinken in rvs tanks, waar ook de alcoholisch en malolactische vergistingen plaatsvinden. Vervolgens wordt de wijn overgestoken op 35% nieuw Frans eiken om 2 jaar te rijpen. Tenslotte worden de vaten geblend en wordt de blend nog een half jaar op staal gerijpt alvorens deze wordt gebotteld.
Achtergrond
In de jaren vijftig van de twintigste eeuw verhuisde Giuliano’s grootvader Celeste naar La Morra om druiven te gaan verbouwen voor de coöperatie. In de jaren tachtig werd er voor het eerst eigen wijn gebotteld op het domein. Rond 1990 werd geëxperimenteerd met kortere vergisting, Frans eiken en wijnmaaktechnieken om de wijn jonger toegankelijk te maken. Dit gebeurde in gezelschap van Barolo Boys als Elio Altare en Renato Ratti. Sinds de eeuwwisseling is er steeds meer aandacht voor terroir, elegantie
en puurheid en wordt het gebruik van nieuw Frans eiken weer wat teruggebracht. De totale bezitting beslaat nu zo’n negen hectare.